zondag 28 mei 2017

Prima toppie

Onze laatste 'echte' etappe voert ons over een paar minder bekende  cols, met mooie namen: de Col de Bagargui (1.327m) en de Col de Budincurucheta (1.135). Deze cols liggen in het Franse Baskenland.
We hebben besloten om daarna een route door Spanje te nemen over relatief kleinere wegen. Dat betekent 2 extra onbekende cols: de Ispeguy (672m) en de Goizmendi (602m), waarmee de rit uitkomt op 105km.
Daarom besluiten we de rit op te knippen in 3 delen: Gerard en Meep rijden de eerste 2 cols (incl. afdaling). Meep en Henk de 3e en Henk en Gerard de 4e.

Uit onze voorbereiding kennen we de reputatie van de Bagargui: extreem steil en zwaar. Wanneer we het profiel nog eens goed bekijken is duidelijk dat we het vandaag niet cadeau krijgen. We beginnen met een afdaling, waarna de klim op 500m hoogte voorzichtig begint met 5-8%. Maar de laatste 6 km loopt de helling op naar 11-14%. Vreemd om een 11% prettig te vinden door de ontspanning in de spieren.

Henk vraagt zich vooraf af of hij dezelfde weg kan (mag met aanhanger) nemen, of dat hij er om heen moet. Het enige probleem dat hij ervaart is de grote schapenkudde op de weg. Halverwege ging hij ons al voorbij, wat de mogelijkheid bood voor een paar foto's in actie. 
Gerard en ik worstelen ons samen naar boven naar de Bagargui, de cadans zakt naar 50-55, veel te langzaam, maar we hebben geen tandje meer over. De 32 achter is vandaag geen luxe.
Zelf vinden we dat we omhoog kruipen, maar volgens onze 'supporter' Henk zijn we snel, zo snel dat hij moeite heeft zijn camera op tijd ingesteld te hebben. Net binnen een uur zijn we samen boven, vreemd genoeg niet kapot, maar trots op onszelf. Onderweg bedenk ik de naam voor het blog van de dag, als variatie op 'cima coppi'.
Als dit geen prima toppie is! 
Of zou 'prima Toppers' beter zijn? 

Na een korte stop gaan we verder naar de col met de mooiste naam, de Burdincurucheta. Na een paar lekkere km afdalen moeten we dan nog een klein stukje vals plat omhoog. Onze aandacht wordt vooral getrokken door het landschap: weids, met groene 'geschoren' hellingen, bergen met heidevelden en diepe dalen. Adembenemend. 
De col zelf stelt (voor ons) niet veel voor, met 1 simpel bordje voor een selfie met bewijs: 'We were here'.

Het vervolg van de afdaling is de overtreffende trap van mooi. De helling loopt hier steil naar beneden en omdat er weinig bomen en struiken staan hebben we een goed uitzicht op het dal, 1.000m onder ons. Het lijkt wel of we vliegen.
Na een tiental km bereiken we het dal, waar de weg verder gaat als 'lief plat' naar beneden. Met een vaartje van 35-40 rijden we heel snel naar de eerste stop: St. Jean Pied de Port. Het Baskenland presenteert zich aan ons vriendelijk, met veel weilanden en witte huizen met rode kozijnen. 

Met z'n drieën een Cola en een fietserswissel, Henk staat al te trappelen. Via een slingerende en golvende weg rijden we naar de voet van de col. Via een mooi klein weggetje klimmen we met ene regelmatige 6% naar boven. Het is maar een klein colletje, maar het heeft alle kenmerken van een berg, mede door het landschap. 
Boven zien we aan de borden dat we Spanje hebben bereikt. 

Na de afdaling de volgende wissel, ik rijd direct door naar de camping. Bij het uitstappen schiet er een ongelofelijke kramp in m'n rechter hamstring. Ik kan geen stap meer zetten, eindigt onze expeditie zo? Maar na het zetten van een paar stappen lost de kramp op. 😄. 

De basis staat er wanneer Gerard en Henk rond 15:30 uur aankomen. Tijd voor een biertje is de 1e gedachte. Maar vanmorgen hebben we bedacht dat we na het opzetten nog een rondje naar het strand van St. Jean de Luz kunnen maken. Dan hebben we morgen meer rust en tijd om een flink deel van de terugweg te doen.
Alle omstandigheden zijn daarvoor goed, dus: doen we.
Dus nu een cola.

Statistiek: 105 km en 2.000 hm.


Meep



Geen opmerkingen:

Een reactie posten